Thema 1: Mediawijsheid

Mediawijsheid betekent slim en bewust omgaan met alles wat je online tegenkomt. In dit thema behandelden we 8 belangrijke onderwerpen:

1. Hoe herken je nepnieuws en misinformatie?

Op het internet kom je dagelijks nieuws tegen, maar niet alles wat je leest is waar. Nepnieuws is informatie die expres verkeerd is of zo gebracht wordt dat het je mening probeert te beïnvloeden. Misinformatie kan ook ontstaan als mensen per ongeluk iets delen wat niet klopt. Controleer altijd de bron, kijk of andere betrouwbare media hetzelfde melden, en let op overdreven of sensationele koppen. Twijfel je? Zoek het op of vraag het iemand die er verstand van heeft.

2. Wat deel je wel of juist niet op social media?

Social media is leuk en handig, maar denk goed na over wat je deelt. Houd persoonlijke gegevens zoals adres, telefoonnummer of school privé. Vraag altijd toestemming als je iets van iemand anders deelt. Wat je online zet, kan lang blijven bestaan. Deel dus vooral dingen waar je trots op bent. Een goede vuistregel: als je het niet op een schoolbord zou schrijven, post het dan ook niet online.

3. Hoe beïnvloeden influencers ons koop- en leefgedrag?

Influencers lijken betrouwbaar en dicht bij de doelgroep te staan, maar veel van wat ze posten is gesponsord. Ze krijgen betaald om jou iets te laten kopen. Daardoor kun je beïnvloed worden zonder dat je het doorhebt. Vraag jezelf af: wil ik dit echt, of word ik verleid door iemand die er geld aan verdient?

4. Hoe bescherm je je online privacy?

Gebruik sterke wachtwoorden, deel ze niet, en zet je social media op privé. Installeer niet zomaar apps en geef geen onnodige toegang tot je camera, microfoon of locatie. Denk goed na voordat je iets online zet: het internet onthoudt veel en sommige info kan later tegen je gebruikt worden.

5. Schermtijd en digitale balans: wanneer is het te veel?

Te veel schermtijd kan leiden tot klachten zoals hoofdpijn, stress of slecht slapen. Digitale balans betekent dat je bewust tijd offline inplant, bijvoorbeeld voor sport, hobby's of sociale contacten. Leg je scherm soms bewust weg – je voelt je dan vaak fitter en rustiger.

6. Wat zijn echo chambers en filterbubbels?

Een filterbubbel laat je alleen zien wat past bij jouw eerdere interesses, en in een echo chamber hoor je vooral mensen die het met je eens zijn. Hierdoor zie je weinig andere meningen. Zoek actief naar verschillende bronnen om kritisch te blijven denken.

7. Hoe blijf je er mentaal gezond online?

Altijd online zijn kan leiden tot stress en onzekerheid. Volg mensen die je een goed gevoel geven, neem regelmatig pauze, en praat als je je niet goed voelt. Wat je online ziet is vaak niet de hele waarheid – houd dat in gedachten.

8. Welke media kun je vertrouwen?

Betrouwbare media gebruiken echte journalisten en checken hun bronnen. Denk aan NOS, Jeugdjournaal of grote kranten. Wees voorzichtig met berichten op social media. Kijk altijd wie de afzender is en of de info logisch en controleerbaar is.

Thema 2: Roken, Drugs & Alcohol

We leerden over de schadelijke effecten van middelengebruik en hoe jongeren verleid worden.

1. Wat zijn de gevaren van nicotine en tabak?

Nicotine en tabak zijn schadelijk voor je gezondheid, vooral als je er jong mee begint. Nicotine is een verslavende stof die ervoor zorgt dat je snel steeds meer wilt roken. Tabak bevat daarnaast veel giftige stoffen die je longen beschadigen en het risico op ernstige ziektes zoals longkanker, hart- en vaatziekten en COPD vergroten. Roken kan ook zorgen voor een slechtere conditie, gele tanden, een slechte adem en problemen met je huid. Bij jongeren kan nicotine invloed hebben op de ontwikkeling van de hersenen, waardoor leren en concentreren moeilijker worden.

2. Hoe beïnvloedt alcohol de hersenen van jongeren?

Alcohol beïnvloedt de hersenen van jongeren extra sterk, omdat hun hersenen nog volop in ontwikkeling zijn tot ongeveer hun 25e jaar. Vooral het gebied dat verantwoordelijk is voor plannen, beslissingen nemen en impulsen controleren, wordt door alcohol vertraagd in de groei. Hierdoor kunnen jongeren sneller domme of gevaarlijke keuzes maken. Ook heeft alcohol een negatieve invloed op het geheugen en het leervermogen, wat kan zorgen voor slechtere schoolprestaties. Jongeren die vaak drinken, hebben bovendien een grotere kans om later verslaafd te raken of psychische problemen te ontwikkelen.

3. Wat zijn soft- en harddrugs?

Softdrugs en harddrugs zijn twee groepen verdovende middelen. Softdrugs, zoals hasj en wiet (cannabis), worden gezien als minder gevaarlijk, maar kunnen nog steeds schadelijk zijn voor je gezondheid en verslavend werken. In Nederland worden softdrugs in kleine hoeveelheden soms gedoogd. Harddrugs, zoals cocaïne, xtc, heroïne en speed, zijn veel schadelijker en verslavender. Ze kunnen ernstige schade aanrichten aan de hersenen, het lichaam en de geest. Het bezit en gebruik van harddrugs is in Nederland verboden.

4. Verslaving: hoe ontstaat het en wat kun je doen?

Verslaving ontstaat vaak doordat een middel of gedrag een fijn gevoel geeft. Je hersenen willen dat gevoel opnieuw, waardoor je het vaker gaat doen. Na een tijd lijkt het alsof je niet meer zonder kunt, zelfs als het problemen oplevert. Als je merkt dat je verslaafd bent of moeite hebt om te stoppen, praat er dan over met iemand die je vertrouwt, zoals een ouder of leraar. Je kunt ook hulp zoeken bij een huisarts of verslavingszorg. Hoe eerder je hulp zoekt, hoe makkelijker het is om te stoppen.

5. Sociale druk en groepsinvloeden

Sociale druk speelt een grote rol bij jongeren. Veel jongeren willen erbij horen en doen daarom mee aan roken, drinken of drugs gebruiken, ook als ze dat eigenlijk niet willen. Het is belangrijk om te leren hoe je nee kunt zeggen en om vrienden te hebben die je keuzes respecteren. Echte vrienden accepteren je zoals je bent en helpen je om sterke beslissingen te maken.

6. Campagnes tegen middelengebruik

Campagnes proberen jongeren bewust te maken van de risico’s van middelengebruik. Dit gebeurt via posters, filmpjes, social media en verhalen van ervaringsdeskundigen. Het doel is jongeren te helpen om ‘nee’ te zeggen en gezonde keuzes te maken. Ze richten zich ook op ouders en leraren, zodat zij jongeren beter kunnen ondersteunen.

7. Hoe blijf je weerbaar en zeg je "nee"?

Weerbaar zijn betekent dat je voor jezelf opkomt en durft te zeggen wat jij wilt. Denk na over je redenen om geen middelen te gebruiken. Oefen met “nee” zeggen en zoek steun bij mensen die je keuzes respecteren. Als de druk te groot wordt, probeer dan uit de situatie te stappen of hulp te vragen.

8. Gezonde alternatieven & coping skills

Gezonde alternatieven zoals sporten, muziek maken of tijd doorbrengen met vrienden kunnen je helpen om je goed te voelen zonder middelen. Coping skills zijn manieren om met stress en problemen om te gaan, zoals praten over je gevoelens, ademhalingsoefeningen of positief denken. Deze vaardigheden maken je sterker en helpen je om gezondere keuzes te maken.